Eenvoudige maar effectieve behandeling voor anorexia voorgesteld nu proeven met muizen tot een succes zijn uitgeroepen

Een rapport dat gisteren gepubliceerd is in Science Translational Medicine laat zien dat laboratoriummuizen die genetisch gemanipuleerd waren om ACPB af te scheiden, meer aten dan hun anorexia lijdende broers en zussen met een tekort aan ACBP. ACBP, dat in 1983 werd ontdekt, is een eiwit dat delen van de hersenen activeert die direct verband houden met iemands eetlust. Eerder onderzoek bij mensen toonde aan dat patiënten met ernstige anorexia lage ACBP-niveaus hebben en dat na behandeling voor hun aandoening de kans op terugval aanzienlijk groter is dan bij patiënten met gemiddelde ACBP-niveaus.

Naast het genetisch aanpassen van muizen, werden in het bovengenoemde onderzoek ook gewone muizen gedurende een periode dagelijks met ACBP geïnjecteerd. In dit geval was het effect hetzelfde, en de dieren kwamen aan in gewicht en vertoonden een verhoogde eetlust. Volgens psychiater en neurowetenschapper Rachel Ross "is dit eiwit weliswaar niet de slam-dunk behandeling voor anorexia die we absoluut nodig hebben, maar levert het wel [bewijs voor] een belangrijke nieuwe verbinding" tussen het lichaam en de hersenen.

Wereldwijd treft anorexia nervosa ongeveer 1 procent van de vrouwen een aandoening die ook ongeveer 0,2 procent van de mannen treft. Deze complexe aandoening kan in de ernstigste gevallen zelfs tot de dood leiden. Het uit zich als een intense angst om aan te komen naast een vervormd beeld van iemands lichaam en voedselinname, wat leidt tot een zeer restrictief en ongezond dieet. Anorexia wordt vaak gecombineerd met depressie, angst, OCD, neuroticisme en zelfs schizofrenie. Hoewel anorexia als een hedendaagse ziekte wordt beschouwd, bestaat het al eeuwen, zoals Joan Jacobs Brumberg aantoont in zijn boek Fasting Girls: The History of Anorexia Nervosa, waarin gevallen uit de 16e eeuw worden genoemd.